Doorgeleiding van mensen die kanker hebben (gehad) vanuit oncologische fysiotherapie naar sport en bewegen buiten de zorg krijgt nog te weinig tijd en aandacht. Fysiotherapeuten werken hierbij nog nauwelijks samen met buurtsportcoaches, terwijl dit wel van meerwaarde kan zijn. Dat blijkt uit afstudeeronderzoek begeleid door het Mulier Instituut.
De motivatie van de patiënt om te bewegen speelt volgens oncologisch fysiotherapeuten een grote rol. Vooral minder gemotiveerde patiënten hebben doorgeleiding nodig. Bij die doorgeleiding ervaren de fysiotherapeuten verschillende bevorderende en belemmerende factoren.
Buurtsportcoach kan fysiotherapeuten helpen
De meerderheid van de fysiotherapeuten ziet een buurtsportcoach (BSC) als waardevolle toevoeging bij de doorgeleiding. Een persoonlijke kennismaking en laagdrempelige communicatie met de BSC zouden helpen bij die samenwerking. Zo kunnen afspraken worden gemaakt over communicatie en taakverdeling.
Wat belemmert de doorgeleiding?
Behoeften van fysiotherapeuten
Fysiotherapeuten willen graag dat de BSC initiatief neemt voor een kennismaking. Ze willen vertrouwd zijn met een BSC en weten wat die kan voordat ze patiënten naar hem of haar doorsturen. Ook willen fysiotherapeuten meer inzicht in het sport- en beweegaanbod waarnaar zij patiënten kunnen doorgeleiden.
Interviews met dertien fysiotherapeuten
Voor dit onderzoek zijn semigestructureerde interviews gehouden met dertien oncologisch fysiotherapeuten. Het onderzoek maakt onderdeel uit van de kwalitatieve studie ‘My patient is looking for some guidance, can I send her to you?’.
Lees de volledige bevindingen in het factsheet ‘Successen en belemmeringen in de doorgeleiding van patiënten van oncologische fysiotherapeuten naar sport en bewegen buiten de zorg’.
Afzender: Mulier Instituut
Dit nieuwsbericht is toegevoegd op 2 november 2021