Drie kwart van de sportformateurs ziet nieuwe verbindingen ontstaan door lokale sportakkoorden

Sportformateurs die in de periode april tot en met november 2019 de eerste 39 lokale sportakkoorden hebben begeleid, zien nieuwe samenwerking en contacten ontstaan tussen sportpartijen onderling, maar ook tussen de sport en andere sectoren en beleidsterreinen. Dit blijkt uit de rapportage ‘Tussenstand lokale sportakkoorden’ waarvoor het Mulier Instituut een documentanalyse van de 39 gesloten lokale sportakkoorden en een procesevaluatie heeft uitgevoerd middels een vragenlijst onder 34 sportformateurs die de lokale processen begeleidden.

Gemiddeld is een lokaal sportakkoord ondertekend door 26,4 organisaties, waarbij de sportverenigingen het best vertegenwoordigd zijn (gemiddeld 10 ondertekenaars). Over de betrokkenheid van verschillende sectoren bij het sportakkoord zijn de sportformateurs redelijk tot zeer tevreden. De betrokkenheid van de gemeente wordt door veel formateurs als succesfactor gezien, terwijl de betrokkenheid van bedrijven vaak als lastig ervaren wordt. Ondanks dat de sportformateurs positief zijn over het lokale draagvlak voor het opgestelde akkoord beschouwen ze de borging van het akkoord als belangrijkste aandachtspunt: met name het behoud van de ontstane energie en de regie op de voortgang en uitvoering.

Andere belangrijke bevindingen zijn:

  • Een traject voor een lokaal sportakkoord duurde gemiddeld 24 weken, waarin gemiddeld zeven groepsbijeenkomsten zijn georganiseerd door de sportformateur.
  • De lokale sportakkoorden zijn in de meeste gevallen een aanvulling op het lokale gemeentelijke sportbeleid (71%). Er heeft regelmatig afstemming plaatsgevonden tussen het sportakkoord en het preventieakkoord (59%), de JOGG-aanpak (47%) of het gemeentelijk zorgbeleid (47%).
  • Aan de deelthema’s inclusief sporten en bewegen, vitale sport- en beweegaanbieders en van jongs af aan vaardig in bewegen uit het Nationaal Sportakkoord is het vaakst invulling gegeven in de lokale akkoorden. De deelthema’s duurzame infrastructuur en positieve sportcultuur komen in mindere mate terug en het deelthema topsport vrijwel niet.
  • De lokale allianties kiezen regelmatig voor een zelfgekozen focus (bijvoorbeeld ouderen) binnen één van de deelthema’s of juist voor een onderwerp dat meerdere deelthema’s combineert. Twaalf van de 39 lokale allianties kiezen voor een ander aandachtsgebied, waarvan in zes gevallen het thema gezondheid of preventie als speerpunt is gekozen.
  • Sportformateurs beoordelen het verloop van het proces minder goed naarmate er concretere afspraken moesten worden gemaakt. In twee derde van de trajecten verliep het bepalen van de inzet en (financiële) bijdrage per partij volgens de formateur redelijk of moeizaam.
  • In de helft van de gesloten akkoorden zijn afspraken opgenomen over de financiering van maatregelen, bijvoorbeeld over de besteding van het uitvoeringsbudget.
  • De grootste succesfactoren in het proces zijn volgens sportformateurs de betrokkenheid van deelnemende partijen en de bereidheid tot samenwerking. De belangrijkste knelpunten zijn volgens hen het creëren van eigenaarschap voor concrete maatregelen, de (verdeling van) financiën en het betrokken houden van sportverenigingen.

Download de rapportage Tussenstand lokale sportakkoorden. Procesevaluatie en inhoudsanalyse.

Neem voor meer informatie contact op met lne Pulles.

Afzender: Mulier Instituut
Dit nieuwsbericht is toegevoegd op 12 maart 2020